Wat een chaos. Wat een drukte. Mijn baas heeft besloten dat twee folderkasten leeg moeten om ruimte te maken voor nieuwe werkplekken. En ik ben degene die deze beheert en moet uitzoeken. Dat in de week van een congres, een avondvoorlichting én drie oppasafspraken.
En nu is mijn hoofd een chaos, één grote drukte. En na deze drukke week is mijn huis dat ook. Daar ligt een lunchtrommel, hier wat verloren pepernoten, een halve zak zacht geworden kroepoek, op verschillende plekken papieren voor het congres. Een stappel droge was, een stapel gestreken was, een stapel natte was nog in de wasmachine. Overal ligt wel een bord, een schaaltje, een kopje of bestel. Een stoel waar hij niet hoort, een vriezer om te ontdooien, een koelkast om schoon te maken. Een keuken met rekeningen die ik nog moet declareren, lege plastic flessen op het afdruiprek.
Mijn hoofd ziet de tanden die nog gepoetst moeten worden, de haren die moeten worden gewassen en een piano die moet worden bespeelt. En alle goede voornemens zoals niet tot laat nog op de laptop, in het dagboek schrijven, huilen en mandala’s kleuren en boeken lezen voor het slapen gaan.
Half november, en de tuin is nog niet winterklaar. Het gras moet nog gemaaid, de bladeren moet worden geveegd, de geknakte tomatenplant moet weg, de druif en heggen nog gesnoeid voordat de trap terug naar de buurvrouw kan, de takken moeten klein en in de groencontainter.
De to-do lijstjes zijn dit weekend eindeloos, maar vandaag mag ik uitslapen. Het is zo’n drukke week geweest, vandaag mag ik uitslapen. Tegen beter weten in mag ik zo lang in bed blijven liggen als ik wil. Tegen beter weten in, want daar word ik bijna altijd somber van. Tegen acht uur werd ik wakker, ik hoorde de regen rustgevend tegen mijn raam tikken en dacht ‘nog even’. Om tien uur was ik zo somber dat ik dacht ‘nog even’. Om kwart over elf belde de postbode aan voor een pakketje, ik legde het in de hal en kroop terug in bed. Ik was zo somber, zo somber.
Ik ben nu alweer een paar uur opgestaan en kijk wanhopig naar het raam waar mijn enorme, verre van complete, to-dolijst met rode rijmkrijt op is getekend. De dag is pas in de middag begonnen, wat heb ik een tijd verspilt. Wat ben ik een complete lanterflans.
Ik pak mij groene krijtstift en schrijf ernaast:
- Ontbijt gemaakt
- Ontbijt gegeten
- Vuilnis opgeruimt
- Pakketje open gemaakt en de poster opgehangen
- Foto ervan gemaakt en met iedereen gedeeld
- Boek gelezen
- Boodschappen besteld
- Ruimte gemaakt op mijn telefoon
- Apps op mijn telefoon geupdatet
- Koffie gezet
- Kofie gedronken
- Was op kleur gesorteerd
- Kruik gevuld om mijn voeten te warmen
- Column geschreven
- Column gepubliceerd
Have-donelijstjes zijn veel belangrijker.