Gelukkig heb ik nu de luxe.
De stapel pannenkoeken die ik gisteren als avondeten bakte en niet at, gaan er stuk voor stuk goed in. Met dikke lagen stroop en basterdsuiker om het toch al zoete deeg nog zoeter te maken. Ik stop een afbakbroodje ruim belegd met ham en kaas in de oven om straks iets wat op een tosti lijkt naar binnen te kunnen werken. Terwijl ik wacht tot heb broodje knapperig en de kaas gesmolten is, eet ik ribelchip gedoopt in dikke klodders mayonaise. De fles cola is binnen het uur leeg.
Gelukkig heb ik nu de luxe.
30 kilo geleden had ik niet die luxe, maar had ik wel dit soort eetbuien op dagelijkse basis.
Hoeveel ik ook at, het was nooit genoeg. En mijn eetbehoeften waren zelden gezond. Dagelijks at ik ’s avonds of ’s nachts pistoletjes met roomboter en emmentaler om maar niet wakker te hoeven liggen van de honger. Overdag stilde ik de trek tussen maaltijden in met chocoladecroissants en worst. Altijd had ik anti-psychoticahonger. Ieder moment van de dag dacht ik aan eten omdat ik aan het eten was, of omdat ik eten wilde. En het eten wat ik wilde was zoet, zout of vet.
Zo verdubbelde ik van 50 kilo naar 108.
Ik zette mezelf op een radicaal dieet van 1500 kcal. Ieder moment van de dag dacht ik aan eten, omdat ik honger leed of omdat ik de komkommer, magere yoghurt of gebrokenlijnzaad caloriën aan het tellen was. Geduldig keek ik naar de klok wanneer ik weer iets in mijn mond mocht stoppen. ’s Avonds sneed ik wortels in stukjes om op mijn nachtkastje te wachten op wakker liggen van de honger. Dagelijks keek ik op de weegschaal of ik onder de 100 kilo bleef. Mijn strijden werd beloond. Het lukte. Moeizaam. Maar het lukte.
En op een dag bedacht een professor dat als ik met het ene medicijn zou starten, ik met een ander medicijn mocht stoppen. Nachtelijke eetbuien en mijn zucht naar vette dingen verdween. Net zoals de kilo’s.
Dus nu heb ik gelukkig wel de luxe en mag ik volledig zonder schuldgevoel hap na hap naar binnen werken. Mag ik hap voor hap mijn verdriet weg werken. Mag ik hap voor hap wat rustiger worden. Ik mag mijn vreetbui toe staan, laten komen en weer weg laten glijden. Want ik weet dat mijn weegschaal speelruimte heeft, dat ik niet meer dagelijks eetbuien heb en dat de kilo’s er de komende dagen ook zonder moeite weer vanaf gaan.
Want het is best prettig dat juist troosteten geen schuldgevoel geef.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *