“Lieve mama, het lijkt wel alsof ik je ieder jaar meer mis.”
Het is de enige zin die uit mijn pen wil rollen, die 24e oktober van dit jaar. Mijn anders zo hard associërende hoofd vertelt geen ander verhaal, dan deze paar woorden. Want het is gewoon zo. Ik mis je. Ik mis je. En het lijkt ieder jaar erger te worden.
In de strubbelingen van schematherapie -waarin ik onder andere door jouw oude patronen te doorgronden de mijne probeer te leren doorbreken- heb ik het vaak over wat er vroeger is gebeurd. Wat je me hebt aangedaan, welk gemis je me hebt gegeven.
Maar ondertussen mis ik jou zo ontzettend mama.
De studenten vonden het maar raar dat ik binnen vijf minuten kon vertellen dat mijn jeugd de oorzaak was voor mijn persoonlijkheidsstoornis, maar dat ik ondertussen ook uit een ontzettend warm en gezellig nest kom. Ik vind het belangrijk dat zij, maar eigenlijk iedereen, weet dat dat naast elkaar mag bestaan. Dat een zware jeugd samen met een liefdevolle jeugd bestaat. Dat verwaarlozing samen kan komen met het warmste gezin dat er ooit heeft bestaan. Dat loyaliteit en liefde blijft bestaan, ook als je kritischer bent op je afkomst.
Zou ik aan jou hebben mogen vragen waarom dingen zijn gegaan zoals ze zijn gegaan? Waarom je keuzes maakte die voor mij slecht zijn uitgepakt. Welke trauma’s er bij jou ten grondslag lagen aan wat je er allemaal is gebeurd. Of zou je dat niet kunnen? Of zou je het misschien zelf niet weten? Ik zou graag over mijn therapie met je willen praten. Zou je dat hebben gewild, of was dat misschien te confronterend geweest.
Afgelopen maanden waren niet makkelijk voor mij. Ik was best wel ziek en best wel vaak niet de grote zelfstandige meid die ik graag wil zijn geweest. Ik had je niet kunnen helpen met de strijk, het gras kunnen maaien, koken of de kleintjes in bed leggen. Ik had de sondevoeding niet kunnen aansluiten, de vaatwasser uitruimen of de was ophangen.
En toch weet ik dat als ik het echt nodig had gehad, je voor me had willen zorgen
Wat was ik graag naar huis gegaan en had ik graag voor me laten zorgen. Dat je mijn was vouwde zodat hij niet in een steeds grotere stapel in mijn wasmand had gelegen. Dat je mijn tuin had gedaan, zodat hij nu niet overgroeid was. Dat je voor me zou koken, zodat ik niet steeds magnetronmaaltijden hoefde te laten komen. Dat je er voor mij was geweest.
Ik heb je gemist.
Ik heb je kaartjes, mailtjes en telefoontjes gemist.
Het was een utopie geweest. Ik ben graag onafhankelijk van de zorg van anderen. Ik had het met geen mogelijkheid van je geaccepteerd. Zorgzaamheid over mij. Laat mij het allemaal maar zelf doen. Anders voel ik me schuldig en rot. Je weet wel, iets met die oude patronen waar jij ook last van hebt gehad (maar misschien nooit hebt geweten). Maar wat heb ik de mogelijkheid dat het zou kunnen gemist.
Vandaag heb ik weer therapie gehad. Geen schematherapie maar een light-versie. Met een psycholoog die ook lotgenoot voor mijn longcovid is. Het gaat beter met me, mama, heel erg veel beter. En ik mis het dat ik het je niet kan vertellen.
Oh, ik mis je iedere dag meer
Wil je Lonneke’s Levensdans financieel steunen en mijn levenswerk ook mijn echte werk maken? Doneer dan nu: https://www.lonnekeslevensdans.nl/donatiebutton/ of koop mijn boek.