Ik hecht me niet. Correctie, ik hecht me wel maar ook zeer moeilijk.
Want dit weekend ben ik in rouw. Dat kan alleen omdat ik me heb gehecht en me nu los moet maken. En het is niet leuk.
Ik zou een heel epistel kunnen schrijven over de oorzaken
Dankzij mijn schematherapie heb ik daar aardig zicht op gekregen. Maar vandaag doe ik dat niet. Ik voel me rot, moe, verdrietig en leeg. Omdat ik de oorzaak weet, weet ik dat het geen depressie is maar problemen met mijn persoonlijkheidsproblematiek. Hoewel je van dit gevoel vanzelf wel een depressie zou kunnen krijgen.
Het is dus even opletten en goed voor mezelf zorgen
Tenminste, dat is wat mijn verstand zachtjes fluistert. Ik hoef mijn signaleringsplan er niet bij te halen om het te weten. Ritme houden, niet te vroeg naar bed of er te lang in blijven liggen. Mensen blijven zien. Van de bank af komen en gaan wandelen of gaan fietsen. Ik moet gezond eten, voldoende fruit en groente tot me nemen. Goed mijn tanden poetsen, afleiding zoeken en een keertje extra in dat ontspannende bad gaan.
De rest van mijn wezen schreeuwt overigens iets heel anders
Ik heb dit weekend drie porties noodles gegeten. Twee zakken met paasschuimpjes erdoorheen gejaagd. Op mijn salontafel zwerft een lege zak chips en een lege pot geklopte slagroom. Het enige wat op fruit eten leek, was de appelcrumble die ik maakte. Die is trouwens volledig opgegaan, net zoal de cola die ik nog in huis had.
In Downton Abbey ben ik dit weekend bij seizoen vijf beland. Na enige zelfdestructiviteit gisteren heb ik echt als een roos het klokje rond geslapen. Wat was dat heerlijk, even van de wereld zijn. Natuurlijk kan ik het goedpraten door te zeggen dat het goed voor mijn longcovid is. En om niet in bad te gaan heb ik het beste, maandelijkse, excuus. Wel ben ik begonnen met diamontpainten. Een hobby waar ik altijd wat, weerstand, stigma, tegen heb gevoeld. Het is ook helemaal niet leuk. Net zoals Downton Abbey. Zelden zo’n saaie serie gezien. Of blogs schrijven, wat is dat toch stom om te doen, deze wurg ik werkelijk uit mijn brein.
Ik hecht me niet snel, en nu ik afscheid moet nemen
van een plek waaraan ik me zo ontzettend heb gehecht, voel ik waarom ik dat niet doe. Het is gewoon geen fijn gevoel. Dat nare, lege onderbuikgevoel. Dat vermijd ik veel liever. Dat is echt zoveel makkelijker dan wat ik nu voel. Morgen krijg ik gelukkig bezoek, van een overigens eveneens afscheid nemende hulpverlener. Enfin, ik moet dan in ieder geval op tijd opstaan.
Ik ga maar eens even douchen en avondeten warm maken. Of andersom. Ofzo. Denk ik. Misschien.