Over eenzaamheid, nieuwe rituelen en een kerstgeschenk.
Dit jaar was het Utrecht Centraal. De piano daar galmt zo mooi door het hele station. Ik heb niet veel bij me. Een fles water, mijn telefoon en de bladmuziek.
Ik draai de kruk zo hoog mogelijk, zodat ik mijn muziek kan lezen, en stop mijn handschoenen in mijn tas. Het is niet koud. Ik heb het eerder achter de piano op een treinstation stervenskoud gehad. Ik leg mijn boek op de piano, sla hem open en ben weer in onze kerk waar het overigens ook nou niet bepaald warm is.
Dagenlang heb ik erop gestudeerd. Van mijn eigen spaargeld heb ik het boek gekocht en de nummers eindeloos herhaald. Ik heb zelfs mijn eigen variant op het akkoordschema van The Little Drummer Boy geoefend. Dit jaar mag ik namelijk de Herdertjesmis spelen.
Piano spelen op een treinstation
Normaal gesproken oefen ik wel even, maar dit jaar niet.
Ik was eigenlijk van plan om gisteren te gaan. Ik voelde me gisteren zo ontzettend eenzaam en alleen, door iedereen verlaten, dat het me niet lukte om van de bank af te komen. Laat staan om naar een treinstation te reizen.
Het Kerstmis van vroeger is zo ontzettend ver weg van nu. En daar heb ik echt wel mijn modus in gevonden. Meestal althans. Het familiefeest vieren families, en ik ben vaak genoeg een liefdadigheidsproject geweest om dat niet meer te willen zijn.
Nee hoor, ik red me wel. Ik heb mijn nieuwe rituelen. Kerstliedjes spelen op treinstationpiano’s. Kerstkoortjes, lievelingsnummers, kleuters die Oh Denneboom kennen. Mensen die even blijven staan luisteren, glimlachen en maken dat ik mij niet alleen waan.
En dan, als de schemering plaats maakt voor donker, stap ik weer in de trein naar huis. Kerstmis weer overleefd.
Een onverwachts kerstgeschenk
De trein stroomt vol. Mensen die na een gezellig kerstfeest weer naar huis gaan. Net als ik, glimlach ik. Ik probeer mijn koude vingers warm te wrijven en overweeg mijn handschoenen weer aan te doen, maar de trein zal me vast sneller warmen. Ik vertel het echtpaar in mijn viertje wat ik vandaag heb gedaan, zij wat zij hebben gedaan. Ik over mijn leven, zij over het hunne. Dat zij vlakbij Lammenschans wonen, en ik slechts vijf minuten van Lammenschans af thuis kom.
“Zeven ballen voor drie.” Even kijk ik ze vreemd aan. Het blijkt een vraag aan manlief te zijn, en een uitnodiging aan mij. Zeven Spaanse gehaktballen, maar dan verdeeld over drie. Het is kerstrestjesdag. Geen liefdadigheid, geen vijfde wiel, gewoon samen de kerstrestjes oppeuzelen.
Mijn moeder zij altijd, “eet je mee, ik schil wel een extra aardappel.” Zij praten in ballen. Ik twijfel terwijl de trein weer vanuit Woerden vertrekt. We kletsen verder tot Bodegraven, en ik zeg uiteindelijk “ja”.
Het is even voor achten als ik na veel knuffels de deur achter me dicht hoor vallen. We blijken veel overeenkomsten hebben. Veel verschillen, maar heel veel raakvlakken. Een onverwacht mooie avond. Wat een Kerstgeschenk.
Wil je een lezing
over eenzaamheid,
en de manieren
waarop je daarmee
om kunt gaan? Neem
dan contact met me op.