We hebben de polls verslagen. We hebben een betere uitslag dan we gehoopt en gedacht hadden. Het is nog enigszins onwennig, maar wat zijn we blij dat we gewonnen hebben van de statistiek. Menig politieke partij, ook de mijne, likt op deze manier zijn wonden van wat eigenlijk een grote verkiezingsnederlaag is. De top van de partij spreekt opgewekt en vol positiviteit zijn leden toe, hij roemt de inzet van iedereen die zich voor deze campagne heeft ingezet. Zij zijn de echte helden van deze uitslag. Zij hebben deze overwinning op de pols veroorzaakt.
Ik draag graag rood. Zeker als we een overwinning mogen vieren. De kleur van mijn partij is een kleur waarin mijn felle blauwe ogen en mijn blauweschuit hanger het mooiste uitkomen.
Vandaag niet. Vandaag ben ik vroeg in bad gegaan en heb ik mijn pyjama alvast aan gedaan. Vandaag zit ik verdrietig op de bank. Ik ben zo ontzettend moe. Ik heb zo hard moeten werken vandaag.
Ik ben vandaag wel tien keer bijna onderuit gegaan. Ik heb zeker tien keer keihard moeten werken om overeind te blijven. Ik ben vandaag minimaal tien keer bang geweest dat ik weg zou zakken in wederom een zware depressie. Verdrietig en moe daar op die bank voel ik me heel eenzaam. Het is een hele eenzame strijd.
Mijn mobiele telefoon begint te trillen. Negen uur ‘s avonds, bijna bedtijd. Het is het alarm om mijn stemmingsdagboek in te gaan vullen. Mijn dagelijkse evaluatie van hoe ik me voelde vandaag. Ondanks mijn tranen vul ik glimlachend een twee in bij depressie, het is een schaal van vijf.
Ik vraag me af wanneer mijn volgende depressie door mijn dijken zal breken. Zou ik nu weer in mijn ritme van een maand stabiel en twee weken depressief zijn gekomen? Ik hoop het. Het is zoveel beter dan het ondraaglijke alternatief. Ik tel de dagen sinds mijn laatste omslagdag.
Ik heb de pols verslagen. Ik tel ruim vijf stabiele weken. Het is enigszins onwennig maar ik ben zo blij. Er zijn geen wonden om te likken. Het is zeker geen nederlaag. Het is iets waar ik keihard voor heb gewerkt, keihard voor heb gestreden. Zelfs de epidemioloog in mij gooit de statistieken overboord. Ik ben de held van vandaag, de held van de vijf weken stabiliteit.
Ik zit huilend op de bank, ik ben zo ontzettend moe van net niet vallen.
Maar bovenal ben ik zo ontzettend trots dat ik de polls heb verslagen.
Ik leg mijn kleding voor morgen klaar. Mijn nieuwste, rode feestjurk en zeker mijn petticoat.