Mijn hoofd is vol en leeg tegelijkertijd.
Als suïcidaliteit een vorm van ongezonde coping kan zijn, zoals dat bij mij soms is, dan ben ik op dit moment aan het copen. Ongezond, maar ik ben het aan het doen.
Er zijn vele vormen van suïcidaliteit
Ik kan het zijn vanuit een depressie of vanuit een gemengd beeld. Soms ben ik het na een oude trigger, als ik het gevoel heb te falen in mijn vaders ogen of als ik een heftige gebeurtenis moet verwerken. Iedere soort verdient zijn eigen blog, zijn eigen uitleg en zijn eigen nuances.
Suïcidaliteit, is er in allerlei maten
Soms zijn het vage, snel voorbij gaande gedachten. Soms is het heftiger, en oncontroleerbaarder. Soms poppen er plannen in mijn hoofd. Heel erg soms krijg ik een moeilijk te weerstaande drang.
De afgelopen jaren hebben alle maten van suïcidaliteit iets gemeen: het is iets wat buiten mij staat. Het zijn wensen waarvan ik tot nu toe altijd heb beseft dat het niet mijn eigen wensen zijn, maar wensen die van binnenuit zich aan mij opdringen, terwijl mijn diepste werkelijke wens is om te blijven leven.
Suïcidaliteit is iets moeilijks
Voor iemand die er nooit mee te maken heeft gehad, is het onvoorstelbaar dat je dit soort gedachten kunt krijgen. De meeste mensen zijn bang voor de dood, een kleine groep verlangt er soms naar. Ik ben vandaag lid van beiden groepen tegelijkertijd.
Deze dagen heb ik iets heftigs te verwerken
Door nierfunctieverlies moet ik stoppen met mijn wondermiddel lithium. De troost dat iedere zware depressie twee weken na ophoging van medicatie over is, ga ik verliezen. Zodra mijn hoofd leeg is vieren de zelfdestructieve gedachten feest. Zodra mijn hoofd vol is, vermijd ik niet alleen mijn suïcidaliteit, maar ook mijn verdriet. Het is dus zaak beiden tegelijkertijd te hebben: het vermijden van de suïcidaliteit, maar ook het voelen van het verdriet.
Op werkdagen is het eenvoudig. Overdag tijdens het werk vermijden. Dan kan ik bovendien aan mijn vader laten zien dat ik hem niet teleurstel. Tijdens de korte avonden zoveel voelen als ik net verdragen kan. Het voelt als een goede balans.
Ik ben als een klein kind dat mag huilen
omdat haar pop stuk is gegaan, maar ondertussen toch wel haar eten moet opeten, haar tanden moet poetsen en ’s avonds in slaap moet kunnen vallen.
Dat is iets wat ik niet goed kan. Ik heb nooit geleerd om verdrietig te zijn. Nu moet ik de balans vinden.
Het is niet mijn eerste crisis sinds de keuze voor het leven. Hoewel ik moeilijk kan voelen, weet ik het wel: het is vervelend, niet gevaarlijk. Dat troost wellicht mijn lezer, maar ook mijzelf.