Ik vervloek dagelijks mijn bipolaire stoornis.
In stabiele tijden vanwege de enorme berg pillen, de enorme berg bijwerkingen, het immer op de hoede moeten zijn. Nooit mag er een dag passeren dat ik er niet aan denk. Nooit mag ik op vakantie zonder het voor te bespreken, mijn pillen te bestellen en noodnummers uit te wisselen.
In instabiele tijden vanwege de enorme ladingen nimmer aflatende emoties, of juist omdat ik geen emoties kan voelen. Het immer vlak zijn, of het immer te druk zijn. Nooit mag er een dag passeren dat mijn leven vanzelf gaat, dat ik het gevoel heb van waarde en nut te zijn, dat mijn huishouden vanzelf loopt, dat ik de taken op mijn werk evenwichtig kan verdelen. Een dag waarin ik niet leeg of chaotisch ben.
Mijn leven is niet van mezelf. Ik bepaal niet zelf hoe ik me voel. Alle ritme, regelmaat, lijstjes en schema’s ten spijt, ik verlies regelmatig de controle. Al mijn plannen kunnen niet verhelpen dat ik regelmatig dood wil. Met alle aangeleerde slaap hygiëne heb ik regelmatig slaapproblemen welke leiden tot meer instabiliteit.
Soms wil ik in bipolaire stoornis staking.
Maar soms, heel soms, besef ik dat ik besta dankzij mijn bipolaire stoornis. Dat mijn bipolaire stoornis en daarmee mijn contacten met de GGz, hebben gezorgd voor een persoonlijke groei die ik als arts niet doorgemaakt zou hebben.
Deze allesoverheersende stoornis is niet alleen een vervloeking, het is een deel van mij. Een deel waardoor ik kan kiezen om mijn passies te volgen, een deel waardoor ik kan kiezen aan wie of wat ik mijn aandacht schenk.
Ik heb de keuze gekregen om wel of niet voor het leven te kiezen. Ik mag mij dingen realiseren waar de meeste mensen niet eens over nadenken. Ik leef bewuster dan de meeste mensen ooit zullen doen.
Leven is mijn beroep geworden. Mijn specialisme. Vaak is het lastig, vaak heb ik het gevoel dat ik faal. Nooit is het een makkelijk beroep. Maar ik ben goed in mijn vak.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *